Opdracht 3AO > Ga
op zoek naar architectonische elementen uit de Klassieke Oudheid:
Griekse of Romeinse cultuur. Maak studiewerk (tekeningen naar documentatie) over de
verschillende kenmerken van de architectuur en schrijf er de gegevens
bij. Som kort (met een paar woorden) de kenmerken op.
Opdracht 4Ao > Ga
op zoek naar architectonische elementen uit Hoog Gotiek, Renaissance,
Barok, Classicisme. Zoek dit eerst op in de tijdlijn van je agenda en
duidt de periode aan. Maak in je schetsboek spindiagrammen hierover
met al wat je al weet en vindt in je agenda: gebouwen, plaatsen,
datums, … Gebruik dit om beter te kunnen opzoeken. Kies één
stijlperiode (of Hoog Gotiek, of Renaissance, of Barok, of
Classicisme). Maak studiewerk (tekeningen naar documentatie) over de
kenmerken van deze architectuur en schrijf er de gegevens bij. Som
kort (met een paar woorden) de kenmerken op.
Maak
een aantal details/elementen naar deze architectuur uit tekenpapier. Dit doe je 2
dimensionaal (tekenen en uitsnijden). Let op de verhoudingen. Maak
met deze elementen een constructie. Verstevig je elementen waar nodig
met een profielen (o, u, l)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten